22 mei 2016
Uitspraak Centrale Raad van Beroep erkenning van ons standpunt
Met de uitspraak van de hoogste bestuursrechter van de Centrale Raad van Beroep op 18 mei jl. bevestigde deze twee uitspraken van de Amsterdamse Rechtbank. Door de uitspraak moet de gemeente Amsterdam haar beleid voor Hulp bij het huishouden aanpassen. Wij zijn blij met de uitspraak en zien deze als een erkenning van ons standpunt dat de Amsterdammer en niet het financiële kader centraal moet staan bij het toekennen van Hulp bij het huishouden.
Amsterdammers die vorig jaar zijn gekort op hun uren Hulp bij het huishouden, kunnen onder verwijzing naar deze uitspraak een nieuwe aanvraag indienen. Voor ondersteuning kunnen zij bij onze cliëntondersteuners terecht.
Proefproces
In een proefproces dat wij hebben aangespannen bepaalde de rechter op 5 april jl. dat de wijze waarop de gemeente Amsterdam Hulp bij het huishouden toewijst, in strijd is met de Wmo van 2015. In een uitspraak van 17 mei jl. bepaalde de rechtbank in een andere zaak nogmaals dat de gemeente de omvang van de huishoudelijke hulp niet goed vaststelt.
Gemeente overvallen
Tijdens de vergadering van de Raadscommissie Zorg van donderdag jl. zei wethouder Eric van de Burg (Zorg) dat de gemeente de uitspraak van de CRvB ervaart als ‘game, set and match’ en hierdoor is overvallen.
Verder gaf de wethouder te kennen dat de gemeente nog niet weet wat de gevolgen zijn voor de afgegeven indicaties en de huidige werkwijze. Met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) wil de wethouder met staatssecretaris Van Rijn (VWS) in overleg en spreekt van ‘bloedspoed’.
Recht op maatwerk
In een reactie op de uitspraken van de wethouder laat Ad Warnar, directeur van Cliëntenbelang Amsterdam, weten: “De bal ligt nu bij de overheid, lokaal en centraal. Ze lossen het samen maar op. De rechter is duidelijk: de burger heeft recht op maatwerk en heldere regels. Ik wil dat er ook op hele korte termijn een oplossing wordt gevonden voor al die mensen die nu niet de hulp krijgen die ze nodig hebben.”